De Slag van Stamford Bridge

Door: Herman van der Werf    |    18 november 2023

1066 kan worden gezien als het meest tumultueuze jaar uit de Engelse geschiedenis. Het begon met de dood van koning Eduard de Belijder (1004-1066) en de daaropvolgende strijd om de troon tussen Willem de Veroveraar en Harold Godwinson. Deze strijd werd beslecht in de bekende Slag bij Hastings, op 14 oktober. Tegelijkertijd had het land te kampen met de aanwezigheid en aanhoudende invallen van Vikingen; een strijd die al twee eeuwen duurde. Eind 1066 zou een eind komen aan deze aanwezigheid: nog voor de befaamde strijd tussen Willem en Harold, verdreef Harolds leger de Vikingen uit Engeland in de Slag van Stamford Bridge.

Na de dood van Eduard de Belijder liet Harold zich kronen tot koning van Engeland. Dit was tegen het zere been van hertog Willem van Normandië, die ook aanspraak maakte op de Engelse troon. Twee jaar eerder leed Harold schipbreuk voor de kust van Ponthieu, nabij Normandië, waarna hij in handen kwam van Willem. In deze tijd liet Willem Harold een eed afleggen dat hij geen aanspraak zou maken op de Engelse troon op het moment dat Eduard zou sterven (zie afbeelding). Terug in Engeland trok Harold zich niets aan van deze eed omdat hij deze onder dwang zou hebben afgelegd. Harolds troonsbestijging zette kwaad bloed bij Willem. Hij zwoer een eed dat hij met een groot leger Engeland ging binnenvallen en zich met brute kracht de Engelse troon zou toe-eigenen.

Het Tapijt van Bayeux
Het Tapijt van Bayeux. Scene waarop Willem de Veroveraar Harold Godwinson een eed laat afleggen. Bron: Wikimedia Commons (Publiek domein).

Wachtend op de Normandische inval bewaakte Harolds leger de Zuid-Engelse kust. In de tweede week van september 1066 was Willems vloot gereed de oversteek te maken, maar juist op dat moment kreeg Harold te maken met een andere bedreiging: het Vikingleger van Harald Hardråde, de koning van Noorwegen. Hij was met een vloot van maar liefst 300 schepen op de Noord-Engelse kust geland, met als intentie de Engelse kroon te veroveren.

Bij de aankomst van Harald Hardråde in Engeland had Tostig Godwinson, de jongere broer van Harold en eerder kortstondig Earl van Mercia, zich bij hem aangesloten. Tijdens de reis zuidwaarts stuitte het invasieleger op het leger van Morcar, de opvolger van Tostig als earl van Mercia.[1] Morcars strijdmacht werd op 20 september na een bloedige strijd verslagen in de Slag bij Fulford. Hierdoor lag de weg naar de stad York open. Het is echter de vraag of het Noorse leger daadwerkelijk de stad betrad. In plaats van York in te nemen coöpereerde de Noorse koning met het stadsbestuur en nam hij genoegen met de uitlevering van gijzelaars.[2] Dit zou hem later een goede onderhandelingspositie bezorgen. Het stadsbestuur ging hiermee akkoord. York had een afkeer van Harold Godwinson en accepteerde daardoor Harald Hardråde als koning.

Harold Godwinson stond nu voor een moeilijke beslissing: moest hij in Zuid-Engeland de Normandische invasie afwachten of noordwaarts trekken om daar de Noorse indringers tegen te houden? Het was een uiterst moeilijke keuze. Harold koos voor het laatste. Via de Great North Road trok zijn leger in rap tempo noordwaarts. In slechts vier dagen bereikte het York, waar Harold het nieuws wachtte dat het Noorse leger zich op dat moment slechts zeven mijl ten oosten van de stad bevond, nabij de plaats Stamford Bridge.[3] Door Stamford Bridge stroomt de rivier Derwent. Hier zou, als teken van samenwerking, de overlevering van gijzelaars plaatsvinden tussen de stad York en de Noorse koning. Harold nam een opmerkelijke beslissing, die veel van de wilskracht van zijn manschappen vroeg. Hij wilde het Vikingleger verrassen en beviel daarom zijn leger meteen bij aankomst in York, na de dagenlange mars naar het noorden, de vijand bij Stamford Bridge aan te vallen.

De Slag van Stamford Bridge
De Slag van Stamford Bridge. Dertiende-eeuws miniatuur uit het heiligenleven van Eduard de Belijder, door de Benedictijner monnik Matthaeus Parisiensi. Bron: Wikimedia Commons (Publiek domein).

De Angelsaksische aanval kwam voor de Noorse koning onverwacht. Hij verwachtte dat Harolds leger in Zuid-Engeland zou blijven, wachtend op de Normandische invasie, of dat het langer zou duren voor het York zou bereiken. Harald Hardrådes solaten waren hierdoor niet voorbereid en werden compleet verrast door de Engelsen. Daarnaast bevond een derde van het Noorse leger zich in de plaats Ricall, ten zuidoosten van Stamford Bridge, omdat een volledige legermacht onnodig werd geacht bij de overlevering van de gijzelaars. Bij aankomst van het Angelsaksische leger besloot Harald Hardråde zich echter niet terug te trekken naar Ricall, maar de strijd aan te gaan. Een lange en bloedige veldslag volgde.

De Slag van Stamford Bridge werd de veldslag met de meeste dodelijke slachtoffers in Engeland tot dan toe. Er werd eerst gevochten aan Yorks kant van de Derwent, waarna de Angelsaksen hun vijand terugdreven over de brug naar de oostelijke kant. Na een lange strijd had het overtal van de Angelsaksische strijdmacht de overhand en werd het Vikingleger verslagen. Zowel Harald Hardråde als Tostig werden gedood. Harold Godwinson was genadig tegenover de Noorse prins Olaf (later koning Olaf III van Noorwegen), die hij toeliet met zijn overgebleven manschappen terug te varen naar Noorwegen als hij zwoer nooit meer Engeland binnen te vallen.[4]

Harold Godwinson was een uiterst bekwame strateeg. Naar gelang de situatie nam hij snel en adequaat beslissingen waardoor hij zijn vijand overwon. De belofte die werd gedaan door prins Olaf werd nagekomen. Hoewel Sven II van Denemarken en Magnus III van Noorwegen in de elfde eeuw Engeland nog kortstondig binnenvielen, wordt de Slag van Stamford Bridge gezien als het moment dat de Vikingen, na twee eeuwen van aanwezigheid, voorgoed uit Engeland werden verdreven. Voor Harold Godwinson wachtte echter meteen na de overwinning de volgende uitdaging: het invasieleger van Willem de Veroveraar uit Normandië.


[1] Alfred Higgins Burne en Robert Hardy, The Battlefields of England (Yorkshire: Pen & Sword Military Classics, 2005), 102.
[2] Michael C. Blundell, The Battle of Stamford Bridge 1066 A.D.: An Alternative Interpretation (2012), http://www.stamford-bridge.dk.
[3] Burne en Hardy, The Battlefields of England, 104.
[4] Michael Swanton, vertaler, The Anglo-Saxon Chronicle (New York: Routledge, 1998), 199.


© 2024 The Other Day | privacybeleid | contact